.
News Image

Maandag in De Helden van Arnout op Eén

Arnout Hauben trekt verder te paard.
In de tweede aflevering van De helden van Arnout springt Arnout Hauben in het zadel en reist hij te paard door de Mongoolse steppe. Onderweg ervaart hij hoe zwaar deze tocht 750 jaar geleden moet geweest zijn. Dat blijkt ook uit het dagboek van Willem van Rubroek, een monnik uit Frans-Vlaanderen.

Arnout:
“Ik ben nog nooit zo ver van huis geweest. Dit lijkt een van de meest desolate plekken op aarde. En beeld je in: Willem van Rubroek op zijn paard. Een middeleeuwse mens die aan de poorten van het Mongoolse rijk staat. Wat moet hij gevoeld hebben? Over de Mongolen was maar weinig geweten, behalve dat het gevaarlijke, bloeddorstige, wrede krijgers waren.”

Als voorbereiding op de reis naar Mongolië volgden Arnout Hauben en cameraman Jasper Stoefs maandenlang paardrijlessen. Zo konden ze op dezelfde manier als Willem door het onmetelijke land reizen. Maar dat liep wat anders dan gedacht:

Jasper:
“Mongolië is de enige reis van de acht die ik niet heb gemaakt. Twee dagen voor ons vertrek kreeg ik appendicitis. Dat was vloeken. Op de valreep vonden we een vervanger: Lander Haverals. Hij is cameraman, regisseur en had ooit al paard gereden. Het was een huzarenstukje om zijn visum voor Mongolië nog in orde te krijgen.”

Ook voor ervaren reiziger Arnout liep niet alles over rozen: “Ik wou per se paardrijlaarzen in Mongolië kopen omdat ze daar handgemaakt en goedkoop zijn. Helaas stoppen de Mongoolse maten bij 42. Ik heb de hele reis met te kleine laarzen moeten afleggen.”

“Toen ik mijn eerste paard besteeg, zei iemand al lachend dat het misschien geen goed idee was om de presentator het agressiefste dier te geven.”

In Vlaanderen is Arnout bekend voor zijn avontuurlijke reizen, maar in Mongolië waren ze van iets anders onder de indruk:

“Toen ik op het platteland werd uitgenodigd om mee te eten, sprak de familie blijkbaar met lof over mijn gebit en mijn tanden die ik nog allemaal heb.”

De helden van Arnout, aflevering 2: maandag 4 september om 20.40 uur op Eén.