Jef De Smedt : ‘’Ik hield mijn hart vast wat er zou gebeuren”
Jef De Smedt zal zich zijn vakantie naar Zuid-Amerika nog lang herinneren. Hij was op doorreis met Rudy Van Snick en ze zouden tien dagen door de Andes trekken en het Amazonewoud aandoen.
“Op een avond in Quito, de hoofdstad van Ecuador, trok ik er in mijn eentje op uit om de stad te ontdekken. Ik belandde op een levendig marktplein en werd er plots aangesproken door drie mannen. Het waren ineens allemaal mijn beste vrienden. Ze schudden me de hand, gaven me schouderklopjes en binnen de vijf minuten was ik mijn horloge, mijn geld en mijn internationaal paspoort kwijt”, begint Jef in Primo.
Jef zocht een agent en vond er ook een. Maar toen hij goedkeurend knikte naar de drie mannen, wist Jef dat er iets niet pluis was. Hij vluchtte weg met de bibber op zijn lijf en hield zich verscholen in het hotel.
“Het was al laat en 's anderdaags vertrokken we naar het Amazonewoud en moesten we de grens met Colombia oversteken. Ik hield mijn hart vast voor wat er aan de grenspost zou gebeuren. Ah ja, ik had geen paspoort meer! Ik had er enkel nog een kopie van. 'Geen probleem', zei Rudy. Ik los het wel op.' 'Niemand geeft zijn paspoort persoonlijk af', beval hij de groep. 'Geef ze allemaal aan mij en ik roep de namen in de douanepost af. Rudy begon de namen af te roepen en hij pakte één paspoort twee keer en riep daarbij mijn naam af. Het lukte! We geraakten de grens over.”
